“Als je jong bent, krijg je nauwelijks de kans om aan de weet te komen wie je bent, omdat anderen je dat voortdurend meedelen.”
– Toon Hermans
Bij ons staat het kind in het leerproces centraal. De meesten kinderen vinden het echter moeilijk om zichzelf centraal te zetten. Het werk wordt gemaakt voor de leerkracht of voor een beloning; extrinsieke motivatie. Hierdoor wordt er geen of weinig aanspraak gemaakt op zelfsturend leren. Intrinsieke motivatie betekent dat iets gedaan wordt vanwege inherente interesse of inherent plezier in de uitvoering van een taak(Oostdam R., Peetsma T., 2007)
Het gaat erom dat de aansturing vanuit het kind komt waarbij hij of zij inzicht krijgt in het eigen handelen. Zo zullen ze eigenaar worden van hun eigen gedrag waarbij het heft in eigen handen genomen wordt.
Zelfsturing speelt een grote rol in het dagelijks leven, het is niet alleen nodig in het onderwijs maar ook bij de dagelijkse activiteiten en taken. Bij zelfsturing moet gedacht worden aan aandachtig kunnen luisteren, samenwerken met anderen, flexibel van rol of taak kunnen wisselen, regels kunnen toepassen in nieuwe situaties, empathie, inzicht krijgen in complexe taken en initiatief nemen.
Om het beste uit de leerlingen te halen doen we beroep op het zelfsturend leren en leren vanuit intrinsieke motivatie. We richten onze lessen zodanig in dat leerlingen medeverantwoordelijk zijn voor hun leren. Dit bereiken we door de juiste organisatie, planning en werkvormen te realiseren.